Gepubliceerd op 21/11/2024
In België geldt principieel de vrijheid van ondernemen en dus ook een vrije concurrentie tussen ondernemers. Nochtans betekent dit niet dat concurreren altijd zomaar toegestaan is: in zelfstandige dienstverleningsovereenkomsten wordt immers geregeld een zogenaamd niet-concurrentiebeding opgenomen. Deze bedingen kunnen rechtsgeldig zijn indien zij bepaalde grenzen respecteren.
Arbeidsovereenkomsten en handelsagentuurovereenkomsten uitgezonderd, is er geen wettelijk kader voorzien voor het niet-concurrentiebeding bij zelfstandigen. Wij lichten u in dit artikel dan ook graag toe hoe een geldig niet-concurrentiebeding in een zelfstandige dienstverleningsovereenkomst wordt opgebouwd.
- Grenzen van het beding
Een geldig niet-concurrentiebeding moet begrensd zijn in de omvang van de activiteiten, de duurtijd en het geografisch gebied. Hieronder wordt iedere grens kort toegelicht:
Activiteiten
Het beding moet de verboden activiteiten steeds correct en nauwkeuring omschrijven. Daarnaast moeten de verboden activiteiten ook verband houden met de activiteiten die de dienstverlener verricht voor de opdrachtgever gedurende de zelfstandige dienstverleningsovereenkomst. Een verbod voor andere activiteiten zou het principe van de vrijheid van ondernemen te fel inperken.
Duurtijd
Een geldig niet-concurrentiebeding is vervolgens ook beperkt in de tijd en moet dus een maximumduur hebben. Een proportionele duurtijd is afhankelijk van de concrete omstandigheden van de samenwerking zoals o.m. de duurtijd ervan en zal dus steeds geval per geval beoordeeld worden.
Geografisch gebied
Het niet-concurrentiebeding moet tot slot ook beperkt blijven tot een bepaald geografisch gebied. Zo mag het beding niet verder reiken dan noodzakelijk is. Indien bijvoorbeeld de opdrachtgever enkel activiteiten uitoefent in België, mag het beding zich niet uitstrekken tot geheel Europa of de Benelux.
- Sanctie bij niet naleving van het beding
Wanneer de dienstverlener een inbreuk maakt op het niet-concurrentiebeding, begaat hij een contractuele fout. De opdrachtgever kan in dat geval een schadevergoeding vorderen.
Het is niet altijd eenvoudig voor de opdrachtgever om diens schade concreet aan te tonen. Daarom wordt in de praktijk meestal vooraf een forfaitaire schadevergoeding bepaald in het beding zelf. Dat bedrag kan bijvoorbeeld een bepaald percentage zijn van de vergoeding die de dienstverlener ontvangt.
Wij adviseren daarnaast er nog aan toe te voegen dat de opdrachtgever een hogere schadevergoeding kan vorderen indien aangetoond wordt dat diens werkelijke schade hoger ligt.
- Matigingsbevoegdheid van de rechter?
Wat nu als het niet-concurrentiebeding onvoldoende beperkt is? Een rechter kan een dergelijk beding vernietigen en dus buiten werking stellen. Daarom adviseren wij steeds om in de dienstverleningsovereenkomst, naast een niet-concurrentiebeding, ook een matigingsbeding op te nemen.
Een dergelijk beding houdt in dat nietige clausules niet vernietigd worden, maar deze gematigd oftewel herleid worden tot dat wat wettelijk toegestaan is.
Zodoende kan het niet-concurrentiebeding alsnog toegepast worden, zijnde het in herleide vorm.
Een niet-concurrentiebeding is dus steeds mogelijk in een zelfstandige dienstverleningsovereenkomst indien het beperkt blijft op materieel, temporeel en geografisch gebied.
Heeft u hulp nodig bij het opstellen van dienstverleningsovereenkomsten, het controleren van een bestaand niet-concurrentiebeding, of heeft u nog vragen na het lezen van dit artikel? Neem gerust contact met ons kantoor!
Shannon Van Eyck
Talo Advocaten
Shannon Van Eyck
Advocaat
info@taloadvocaten.be+32 3 612 57 60
+32 3 612 57 69
Mter. Van Eyck